nevenactiviteitenbeding geldig

Verplichte stappen in de re-integratie – Mis ze niet!

Verplichte stappen in de re-integratie – Mis ze niet!

(En neem ze op tijd!)

Bij het beoordelen van het re-integratiedossier beoordeelt het UWV onder andere of de voorschriften uit de Wet Poortwachter en de Regeling Procesgang eerste en tweede Ziektejaar juist en tijdig zijn opgevolgd. Denk daarbij aan (in elk geval) de volgende stappen:

  • Heeft de arbodienst/bedrijfsarts (tijdig: binnen 6 weken na de eerste ziektedag) een adequate probleemanalyse opgesteld en een oordeel gegeven, waarbij wordt ingegaan op de aspecten die in de regeling zijn benoemd? Zijn deze zonodig, en zeker in geval van stagnatie van de re-integratie, bijgesteld?
  • Is er een adequaat plan van aanpak opgesteld (tijdig: binnen 8 weken na de eerste ziektedag), waarin – indien geïndiceerd – voldoende sociaal-medische interventies en/of activiteiten gericht op werkhervatting zijn opgenomen en is er een case-manager aangewezen?

  • Is het plan van aanpak ook daadwerkelijk uitgevoerd, tussentijds geëvalueerd en, indien nodig, bijgesteld?

  • Heeft aan het eind van het eerste ziektejaar (tijdig: dus rondom de 12 maanden na de eerste ziektedag) de meer uitgebreide evaluatie (opschudmoment) plaatsgevonden?

    Hebben bovengenoemde acties niet of niet tijdig plaatsgevonden, dan kan dat al een aanwijzing zijn dat de re-integratie niet adequaat is geweest. Wel komt deze toetsing pas aan de orde op het moment dat de re-integratie geen bevredigend resultaat heeft opgeleverd. Realiseert de werknemer aan het einde van het eerste ziektejaar 65% van de loonwaarde, dan zal al gauw sprake zijn van een bevredigend resultaat en zal er geen loonsanctie worden opgelegd.

    Het UWV kijkt daarnaast ook naar de medische aspecten van de re-integratie:

  • Heeft de werknemer een naar algemeen medische maatstaven adequate behandeling voor zijn ziekte of gebrek ondergaan? Er zal niet snel sprake zijn van een niet-adequate behandeling. Uit de jurisprudentie blijkt dat ook minder gangbare medische behandelingen en alternatieve behandelingen als adequaat kunnen worden aangemerkt.
  • Is nagegaan of door behandeling, training of revalidatie de functionele mogelijkheden kunnen worden vergroot?
  • Is voorzien in adequate begeleiding op weg naar vergroting van de functionele mogelijkheden?
  • Is de beoordeling van de bedrijfsarts met betrekking tot de functionele mogelijkheden van de werknemer ten aanzien van eigen arbeid en eventuele passende, andere arbeid plausibel?

  • Is rekening gehouden met de stand van de wetenschap en de eisen van professionele dienstverlening, zoals die onder meer tot uitdrukking komt in protocollen en richtlijnen of instructies?

    Het UWV kijkt daarnaast ook naar de Arbeidsdeskundige aspecten en werkinpassing:

    • Zijn de mogelijkheden tot werkhervatting, gegeven de functionele mogelijkheden van de werknemer, in voldoende mate in beeld gebracht?

    • Is voldoende rekening gehouden met de opleiding, ervaring en persoonlijke eigenschappen van de werknemer, en de mogelijkheden tot aanvullende opleiding en training?

    • Zijn de mogelijkheden tot herplaatsing in de eigen functie, zo nodig met aanpassingen, onderzocht?

    • Zijn de mogelijkheden tot een andere functie bij de eigen werkgever, zo nodig met aanpassingen en scholing, in voldoende mate verkend?

    • Zijn er activiteiten ondernomen voor het vinden van passend werk bij een andere werkgever, zo nodig door middel van scholing?

      Dit artikel is gebaseerd op de uitgangspunten uit de “Beleidsregels beoordelingskader poortwachter“. Vragen over de re-integratie? Leg ze vrijblijvend voor aan ons team in Rotterdam.